De vergelijking is:
$\Large \frac{- 5\ (2 - x) - (1 + ax)}{3 + 2\ x}\normalsize = 10$
Los onbekende x er uit op. (a is een “bekende”).
De vergelijking is:
$\Large \frac{\Large \frac{a}{x}\normalsize + b}{\Large \frac{c}{x}\normalsize + d} = e$
Los onbekende x er uit op. (a, b, c, d en e zijn “bekenden”).
De vergelijking is:
$\Large \frac{\Large \frac{a}{x}\normalsize + b}{\Large \frac{c}{x}\normalsize + d} = e$
Los onbekende x er uit op. (a, b, c, d en e zijn “bekenden”).
De vergelijking is:
$b = \Large \frac{2 + c}{\Large \frac{1}{a}\normalsize + \Large \frac{1}{x}\normalsize }$
X moet omhoog geborreld worden tot het nog hooguit 1 niveau diep zit.
a. Doe dat met Manier 1
b. Doe dat met Manier 2
c. Doe dat met Manier 3
d. Doe dat met Manier 4
Welke manier werkte in dit geval het snelste?
De vergelijking is:
$b = \Large \frac{2 + c}{\Large \frac{1}{a}\normalsize + \Large \frac{1}{x}\normalsize }$
Los onbekende x er uit op. (a, b en c zijn “bekenden”).
De vergelijking is:
$b = \Large \frac{1 - a}{1 - (2 - \Large \frac{1}{(1 - \Large \frac{1}{x}\normalsize )})}$
Los onbekende x er uit op. (a en b zijn “bekenden”).
De vergelijking is:
$b = \Large \frac{1 - a}{- ( 2 - \Large \frac{1}{( \Large \frac{2}{3\ (\Large \frac{1}{x}\normalsize - b)} )} )\small\bullet\normalsize(1 - b)}$
Los onbekende x er uit op. (a en b zijn “bekenden”).